Interview – Bruno De Lille, Brussels Fractieleider Groen
door sco © De Standaard
Nog tien jaar. Zo lang wil Bruno De Lille (Groen) de Brusselse tunnels openhouden. De fractieleider van de groenen in het Brussels Parlement was tot anderhalf jaar geleden staatssecretaris voor Mobiliteit in het Hoofdstedelijk Gewest.
‘De tunnels in Brussel lossen het mobiliteitsprobleem niet op. Ze veroorzaken het. Ze leiden de files van de rand van het gewest naar het centrum. Ten koste van de leefbaarheid.’
Groen en Ecolo hebben een tienpuntenplan uitgewerkt met daarin een alternatief voor de tunnels. Die zouden dan over tien jaar kunnen sluiten, zegt Bruno De Lille.
Waarom dit plan?
De Lille: ‘Dit is een reactie op wat er gebeurd is in het Overlegcomité met vertegenwoordigers van de regeringen, enkele weken geleden. De verschillende niveaus gingen kijken hoe ze elkaar kunnen helpen. Ze zijn net niet vechtend over straat gerold. Vlaanderen dat weigerde te betalen, Brussel dat niet de problemen van het hele land wilde oplossen.’
‘Er is nood aan een plan, gedragen door iedereen. Want de essentie is dit: de volgende tien jaar kunnen de tunnels ons makkelijk een miljard kosten. Waar gaat dat vandaan komen? En waarom steken we dat in tunnels die de mobiliteitsproblemen niet oplossen? Er zijn betere investeringen mogelijk.’
U was vijf jaar staatssecretaris voor Mobiliteit (2009-2014). Waarom hebt u toen niet ingegrepen?
‘Met de vorige regering hebben we de eerste stappen gezet om een omslag te maken in ons mobiliteitsbeleid. Iedereen wist toen wel dat de tunnels niet in een al te beste staat waren, maar niet dat het zo catastrofaal was. De controles zijn toen, denk ik, niet op de juiste manier gebeurd. Onlangs heeft men die grondiger gedaan en kwam bijvoorbeeld naar boven dat de Stefaniatunnel meteen dicht moest. Dat heeft nooit bij ons op de regeringstafel gelegen. Bovendien zijn bij de overdracht van de tunnels van het federale naar het gewestelijke niveau niet alle grondplannen mee overgekomen. Dat maakt het moeilijk om ze te onderhouden. Overigens zat de politieke verantwoordelijkheid in mijn tijd bij Brigitte Grouwels (CD&V), die Openbare Werken in haar portefeuille had.’
Welke betere investeringen dan de tunnels ziet u dan?
‘Het is noodzakelijk om het Gewestelijk Expressnet (GEN) zo snel mogelijk volwaardig in gebruik te nemen, met treinen die om het kwartier rijden. We zien dat als een soort van supermetro. Daarnaast willen we dat de spoorlijnen ten westen en ten oosten van Brussel veel beter aangewend worden. Er zijn al miljoenen en miljoenen geïnvesteerd in de uitbouw van dat GEN. Als dat niet afgewerkt wordt, is dat weggesmeten geld. Met een bijkomende investering win je enorm veel.’
Dat lijkt vooral goed voor de pendelaars. Wat binnen Brussel?
‘Het aanbod van het Brussels vervoerbedrijf MIVB moet op korte termijn verbeteren. We willen een metrobus-netwerk ontwikkelen. Dat zijn grote bussen die lijken op trams en in een eigen bedding rijden. In vijf jaar tijd kan je voor 700 miljoen het aanbod van de metro verdrievoudigen. Tegelijkertijd moeten we de huidige dienstverlening van de MIVB verbeteren door te werken aan de doorstroming, de frequentie, de overstapmogelijkheden enzovoort. Dat moet lukken binnen de bestaande budgetten. Ook de uitbouw van het Brabantnet, de lijnen tussen de Rand en Brussel, en de tariefintegratie van de diverse openbaarvervoerbedrijven staan bovenaan de prioriteitenlijst.’
En de mensen die echt niet anders kunnen dan de auto nemen?
‘Het zal misschien verbazen, maar wij pleiten voor een netwerk van overstapparkings en carpoolparkings, aan de rand van het Brussels Gewest maar ook in Vlaanderen en Wallonië. Zo verdwijnt de noodzaak voor de pendelaars om tot in de hoofdstad te rijden. De verkeersbelasting willen we niet langer baseren op het bezit van de wagen, maar op het gebruik ervan. Op de Ring hoeft de geplande verbreding er niet te komen. Het idee om het doorgaand en het lokaal verkeer te scheiden is wel goed. Daarenboven willen we een snelheidsbeperking tot 100 kilometer per uur voor wagens.’
Het hele artikel lees je hier: http://www.standaard.be/cnt/dmf20160207_02114985