Het is de internationale coming-out-dag. Geen idee wie die dag uitgevonden heeft. Maar het is sowieso nuttig zo’n dag te hebben. Het is goed om geregeld te herinneren aan het feit dat holebi-zijn nog altijd niet volledig aanvaard is en dat veel holebi’s nog altijd gepest of zelfs fysiek lastiggevallen worden gewoon omdat ze zijn wie ze zijn. Heel wat holebi-jongeren voelen zich trouwens eenzaam en hebben een laag zelfbeeld. De cijfers zijn bekend maar blijven schokkend: dubbel zoveel homojongens als heterojongens proberen zelfmoord te plegen tijdens hun puberteit, bij lesbische meisjes is dat zelfs 5 keer zoveel als bij heteromeisjes. Dus ja, een coming-out blijft ook vandaag een moeilijk proces.

Zelf weet ik de boeken met seksuele voorlichting in de bibliotheek van Wevelgem nog altijd blindelings staan. Internet was er toen nog niet. En tv hadden we niet. Een andere manier om aan informatie te komen over homo-zijn was er dus niet. Niet dat alle informatie up-to-date was. Er zaten een paar oudere boeken tussen die me niet echt vrolijk maakten maar gelukkig – ’t was intussen eind jaren ’80 – stonden er ook enkele boeken tussen op maat van de puber die ik toen was. Het had trouwens wel iets spannends: ik vermoedde dat het bibliotheekpersoneel dat rek toch net iets meer in de gaten hield dan dat met de gewone jeugdromans en ik verwachtte me altijd aan “en wat is onze jongeman aan het lezen?”.

OK, ik was een laatbloeier maar ik wist toen helemaal nog niet zeker dat ik homo was. Ik was daar eigenlijk – eerlijk waar – niet mee bezig geweest tot een aantal jongens op school (in het derde of vierde middelbaar was dat geloof ik) me ‘janet’ begonnen te noemen (en alle variaties daarop). Het was een verschrikkelijk schooljaar, ik had het gevoel overal buiten te staan, voelde me gepest en zeer verward en … thuis kon ik daar niet mee afkomen dacht ik. Niet dat ze homofoob waren maar als het onderwerp ter sprake kwam, was het toch nooit op een positieve manier. En dus ging ik naar de bib.

Het heeft uiteindelijk nog tot mijn 19de geduurd voor ik echt mijn coming-out gedaan heb. Toen pas had ik mijn eerste vriendje. En ik had mezelf namelijk twee dingen voorgenomen: ik wou het thuis vertellen voor ik twintig was maar ik wou eerst eens echt met een jongen gevrijd hebben. Om zeker te zijn (ik weet het, het klinkt vreemd maar hé, ik was 19 en dus jong en onnozel :-). Een paar weken later heb ik het dan opgebiecht aan mijn moeder. Ik was bang dat mijn vader slecht zou reageren en had dus gewacht tot hij voor zijn werk naar het buitenland moest. Dat bleek achteraf niet zo’n fantastisch idee: mijn moeder was in alle staten. Het enige wat ze over haar lippen kreeg was “ik heb het altijd gevreesd” en toen begon ze te huilen. Een heel weekend lang. Een vrolijke coming-out was het dus niet. Mijn vader reageerde achteraf een stuk beter. “Wat heb ik van je moeder gehoord?” zei hij. “Enfin, er moeten er van alle soorten zijn op de wereld.” En daarna nog iets over veilig vrijen en zo.

Vijf jaar heeft het mijn ouders gekost voor ze er geen moeite meer mee hadden. Eigenlijk tot het moment dat ze mijn huidige man hebben leren kennen. Je zou kunnen stellen dat ze er evenveel tijd over gedaan hebben als ikzelf. Alleen had ik op dat moment wel wat meer steun gewild. Want als je het gevoel hebt dat je nooit eens met een vriendje kunt thuiskomen, nooit eens kunt uithuilen over liefdesverdriet, een heel stuk van je leven verborgen moet houden … dan weegt dat door. Later zei iemand me dat mijn moeder bang was dat ik het door mijn homo-zijn erg moeilijk zou krijgen. En er zijn inderdaad wel heel wat moeilijke momenten geweest maar het ironische is dat een deel van die moeilijkheden er waren omdat ik het gevoel had dat ik met mijn verhaal niet thuis mocht komen.

Intussen heb ik mijn coming-out wellicht al duizend keer overgedaan. Het stopt namelijk nooit. Elke keer als je aan iemand wil zeggen dat je verliefd op hem bent, elke keer als de nieuwe collega’s vragen hoe het met je vrouw gaat, elke keer als je op vaderdag bloemen gaat kopen voor je man (moet meneer zelf zijn boeketje komen halen van madam?), … moet je weer heel de uitleg doen. Dus eigenlijk hoop ik dat dat op zo’n internationale coming-out dag eens niet hoeft. Dat mensen er op die dag eens niet van uitgaan dat iedereen hetero is.

Moraal van het verhaal? Dat ouders ook maar mensen zijn zeker? En dat ze hun kinderen zichzelf moeten laten zijn, zelfs al zijn ze niet altijd gelukkig met de manier waarop dat gebeurt? Of dat ouders en kinderen die elkaar graag zien, uiteindelijk erg veel aankunnen? Ach, ik ben niet zo goed in moralen. Laten we het houden bij een pleidooi voor wat meer begrip. Voor wat meer openheid. Iedereen uit de kast dus. Een hele fijne coming-out dag gewenst.