Kort voor de Corona-sluiting van de scholen begon, was een school uit Brussel op bezoek in het Regenbooghuis. En ik had het genoegen daar bij te mogen zijn. Een klas vol 15-jarige tieners, uitgelaten omdat ze niet op de schoolbanken moesten zitten en tegelijk zenuwachtig want ze wisten duidelijk niet goed wat ze van al dat regenbooggedoe moesten denken.
Uit de comfortzone
De leraar vond het prima. “Laat ze maar uit hun comfortzone komen”, zei hij. “Anders is het homo hier, pédé daar… het zal goed zijn als ze hun clichés confronteren met echte mensen.” En dat er nog heel wat clichés leefden, werd snel duidelijk. Er zaten een paar jongeren in de klas die niet op hun mondje gevallen waren en die dachten van hun imago als durfal en grote-mond wat te versterken. Dat de vragen vooral over seks gingen (Hoe krijg je je penis erin? Hoe hebben lesbiennes seks?), lag dan ook voor de hand. Bovendien stelden ze ze vaak op een (licht) provocerend toontje waarbij ze intussen vanuit hun ooghoeken naar de leraar keken, hopend op reactie. Maar toen de antwoorden open bleven komen en ze meer info kregen dan ze hadden verwacht of misschien zelfs hadden willen horen, kalmeerden ze en werd de babbel serieuzer.
Relaties
En zo ging het al snel niet meer over seks maar over relaties. Een jongen probeerde nog “dat dat hetzelfde was”. Als hij een relatie zou hebben, dan zouden hij en zijn vriendin de hele dag seksen. De rest van de klas maakte hem duidelijk dat hij droomde. Volgens zijn buurman duurde seks 12 minuten. “Want zolang duurde een gemiddeld filmpje op pornhub.” Dus dan bleef er nog veel tijd over om andere dingen te doen. Maar wat doe je dan samen? Het grappige was dat de jongens vooral aan jongens dachten en meisjes vooral aan meisjes als het ging over met wie ze het liefst hun vrije tijd doorbrachten. Het bracht ze in de war toen ze beseften dat ze daarin misschien minder verschilden van hun niet-hetero-collegaatjes dan ze gedacht hadden.
Compliment
“Maar wat als die beste vriend dan verliefd op me wordt? Want seks… nooit,” zei een jongen. “Dan zeg je toch gewoon nee,” antwoordde een meisje. En dat het eigenlijk een compliment was dat er iemand op hem verliefd zou worden… Dat laatste was om haar klasgenoot op zijn paard te krijgen (wat, voorspelbaar, ook meteen lukte) maar eigenlijk is het waar. Het is geen bedreiging, het is een compliment.
Al stelde het probleem zich niet echt in hun ogen want ze kenden geen LGBTI+jongeren. “En als het je eigen kind zou zijn,” probeerde ik. Voor de meesten leek het een ver-van-hun-bed-show. Kinderen krijgen leek het verste van hun gedachten. Behalve één. Die zei stellig: “Dat kan niet. Dan steek ik hem in de kelder tot hij spijt heeft.” Hij maakte geen grapje.
Ouders
Ik hapte even naar adem. Dit had ik, na de babbel over liefde, relaties en respect, niet zien aankomen. Gelukkig sprong de leraar bij. Hij ging niet in op wat de jongen gezegd had, maar begon een discussie over ouders en kinderen. Of ze vonden dat hun ouders hen genoeg vrijheid gaven (nee dus). Of ze vonden dat hun ouders mochten bepalen welke vrienden ze mochten hebben (opnieuw nee). Of hun ouders een zeg hadden in met wie ze zouden trouwen (een beetje, ze mochten ‘advies’ geven). En of hun ouders hen mochten dwingen om als jongen/meisje met een jongen/meisje te trouwen. Op die laatste stelling kwam er een “absoluut no way”. Tegelijk zagen ze heel goed de gelijkenis met het kelder-verhaal. “Hij heeft je vastgezet,” zei een van de klasgenoten. De jongen zelf was niet bereid om meteen toe te geven, maar de rest reageerde uitgelaten en leek mee.
Niet in beton gegoten
Waren we meteen hard in de tegenaanval gegaan, dan had – uit reactie – wellicht een groot deel van de groep pubers op het einde van de sessie de kelderaanpak verdedigd. Door met hen te blijven praten, was dit niet het geval. Te vaak hebben we het idee dat standpunten in beton gegoten zijn. Als je mensen aanvalt op hun ideeën, dan zal dat wellicht ook zo zijn. Maar respectvol discussiëren, maakt wel openingen. Ik wist dat wel maar het is fijn van het af en toe nog eens aan den lijve te ondervinden.
Deze column verscheen op 16 maart 2020 op zizomag.be. Je leest de hele tekst hier: https://zizomag.be/columns/de-kelder?fbclid=IwAR3JwLuLy4TWC-eLQ1JTJ49zAZJlSEqECiaBYEEET3iQbxpwFCg-ADNGBxM